Hoger beroep: Picnic heeft portretrecht Max Verstappen toch niet geschonden

Online supermarkt Picnic heeft in 2016 geen inbreuk gemaakt op het portretrecht van Formule 1-coureur Max Verstappen. Dat is vandaag in hoger beroep besloten.

Picnic plaatste in september 2016 een filmpje op Facebook met daarin een parodie op een reclame van supermarkt Jumbo waarin Verstappen boodschappen bezorgt. De coureur besloot vervolgens een rechtszaak aan te spannen tegen Picnic, omdat deze zijn portretrecht zou hebben geschonden. ‘Het was een ludiek filmpje, puur bestemd voor onze eigen medewerkers’, liet medeoprichter Michiel Muller destijds weten.

'Duidelijk een persiflage'

De rechter besloot uiteindelijk mee te gaan in de eis van Verstappen. Picnic moest een boete betalen van 150.000 euro, waar aanvakelijk nog 350.000 euro werd geëist. De super vond die boete echter te hoog en stapte naar het hof voor een hoger beroep. Die uitspraak was vandaag. Het gerechtshof Amsterdam besluit anders dan de rechtbank destijds. Volgens het hof maakte Picnic met het filmpje geen inbreuk op het portretrecht van Verstappen. Het is voor de kijker duidelijk dat het om een persiflage van Verstappens optreden in de Jumbo-reclame gaat. Omdat het gezicht of de persoon van de autocoureur niet wordt afgebeeld, kan Verstappen geen aanspraak maken op bescherming van artikel 21 Auteurswet. Luidt het oordeel. Daarnaast handelde Picnic niet onrechtmatig. ‘Het filmpje is niet van zodanige aard dat de eer en goede naam van Verstappen wordt aangetast of dat zijn zakelijke belangen door het filmpje worden geschaad.’

Picnic hoeft de schadevergoeding dus niet te betalen. Muller laat in een reactie weten tevreden te zijn met de uitkomst. ‘We zijn heel blij dat het hof het met ons eens is. Het was als grap bedoeld en gelukkig ziet de hoogste rechter dat nu ook zo.’