De tv’s blijven dus waar ze zijn: bij Otto. Een felicitatie is op z’n plaats. Waarvan akte. Voor de Stichting PostWanorder zijn de druiven zuur, uiteraard. Lees maar even mee wat zij aan haar contribuanten schreef (ik citeer een deel):
“Beste deelnemers,
De vordering is afgewezen. Het Gerechtshof is van mening dat Otto niet twee maal een opdrachtbevestiging heeft gestuurd, maar een ontvangstbevestiging, zonder deze bevestigingen aan een materiële beoordeling te onderwerpen. Reden om het een ontvangstbevestiging te noemen, is omdat de wet nu eenmaal voorschrijft dat een website na een bestelling een ontvangstbevestiging moet sturen. Omdat dit zo in de wet staat, gaat het Gerechtshof ervan uit dat Otto die bevestiging ook als ontvangstbevestiging heeft bedoeld.
Volgens de Stichting is dat opmerkelijk, omdat beide bevestigingen niet inhoudelijk zijn beoordeeld en deze wel degelijk als opdrachtbevestigingen moeten worden beschouwd.
Ook het argument dat de tv dagen lang op de website geplaatst is gebleven terwijl Otto wist dat er daarbij een verkeerde prijsstelling werd gehanteerd, maakte geen indruk. Het was iedereen immers duidelijk dat het om een vergissing ging.
Deze redenering leidt er dus toe dat een ondernemer bewust, zelfs jarenlang, producten op internet kan aanbieden met een verkeerde prijs, om vervolgens na bestelling te kunnen zeggen: "Foutje bedankt, dat had je de prijs maar moeten onderzoeken".
Dat een en ander tot wanorde kan leiden, is volgens het Gerechtshof niet juist omdat iedere consument bij twijfel onderzoek kan plegen naar de prijs, bijvoorbeeld om naar de klantenservice te bellen.
Dit was nu juist één van de redenen om in hoger beroep het eerdere vonnis van de rechtbank aan te vechten, namelijk dat op deze wijze elke ondernemer vrij spel heeft en de verantwoordelijkheid van de prijsvorming van een product bij de consument wordt gelegd. En dat nu, lijkt in deze roerige stuntmarketing tijden, geen eenvoudige opgave en zou in het consumentenrecht ook niet thuis mogen horen. Dus een dringend advies van de stichting aan elke consument in Nederland: geloof prijzen van ondernemers niet meer, en vraag altijd of deze kloppen.”
Tot zover PostWanorder. Ik zeg: geen tv, jammer dan, maar nu houden jullie wel tijd over om boeken te gaan lezen. Te koop via internet. Elk nadeel hep z’n voordeel.
Maar de contribuant die mij de brief mailde (een consument dus!), voegde er toch nog iets interessants aan toe:
“En dat amper een week na de Webwinkel Vakdagen. Echt een zwarte dag voor alle webwinkels! En natuurlijk rept Thuiswinkel.org er met geen woord over. Zij houden zich afzijdig en dat terwijl hun missie/visie anders doet vermoeden. Laten we het hier nu gewoon bij zitten? Kortom: als Otto wint, verliest de markt?”
Waar deze consument op doelt, is dat er naar zijn idee weinig verhaalsmogelijkheden zijn voor individuele consumenten. Immers, de Consumentenautoriteit behandelt vooral collectieve gevallen waarvan de uitkomst een algemene impact heeft. Thuiswinkel.org zou dus volgens deze consument de partij moeten zijn die een standpunt inneemt. Gevraagd, maar ook ongevraagd. Bijvoorbeeld over de algemene uitkomst van deze case die voor alle consumenten geldt. Deze consument voelt zich hoe dan ook niet ‘automatisch’ beschermd door (het logo van) Thuiswinkel.org, en dat terwijl men pretendeert (ook) een consumentenorganisatie te zijn.
Ik denk dan hardop: misschien wreekt zich juist in dit soort cases dat Thuiswinkel.dinges twee heren dient: zowel bedrijven als consumenten. Branche- en Consumentenorganisatie, maar - en er komt een moment dat consumenten zich dat realiseren - waarvan de pot gespekt wordt door die bedrijven. Vroeg of laat moet er een keer echt gekozen worden, vermoed ik.
Update: over de gevolgen van deze case gesproken. Op een andere blog, van Adforesult, lees ik de volgende reactie: "Boeiende uitspraak met de nodige consequenties voor alle (internet)verkopers. Om maar eens wat te noemen: een extreem lage prijs moet je vanaf nu een 'stuntaanbod' noemen. De consument dient bij een lage prijs de aanbieder te bellen om die prijs te verifieren (leuk voor Transavia c.s.). Een bestelbevestiging zegt juridisch niets meer, volgens het vonnis. Leuk voor Otto als je niet kunt of wilt leveren maar iedere bestellende consument kan dus vanaf nu zeggen dat de bestelbevestiging van de leverancier geen enkele juridische waarde heeft om zo onder z'n bestelling uit te komen. Over de vraag waarom het aanbod van een lcd-tv van 99 euro onwaarschijnlijk is en een vliegticket naar Londen voor 1 euro dat niet is, laat het Hof zich niet uit." Moet de soep inderdaad zo heet gegeten worden?
Martin je hebt gelijk, het is gewoon onzinnig wat ze nu schrijven. Natuurlijk hoef je iets geen stuntaanbod te noemen, verkoop je iets heel goedkoop dan kopen ze echt wel. En nabellen door comsumenten hoeft ook helemaal niet. Maar mocht het een fout op de website zijn, accepteer dat dan en laat het daar bij, zoals vele bij Otto ook gedaan hebben. (Waarschijnlijk had bijna iedereen dat gedaan als er niet 1 iemand was die dacht er met een rechtzaak wel te komen en andere vroeg mee te doen) Deze uitspraak is de enige goede. En dat comsumenten kunnen zeggen dat de bestelbevestiging geen juridische waarde heeft maakt niet uit want comsumenten kunnen de internet bestelling altijd al annuleren als ze dat willen.
Als internetondernemer ben ik bijzonder blij met deze uitspraak. Ik wordt echt misselijk van consumenten die ergens een slaatje uit proberen te slaan. Ook wordt ik misselijk van de veel te ver doorgeslagen âÂ?Â?consumenten beschermingâÂ?Â. Als consumenten een fout maken of iets stom doen, zoals tegen ons advies in een verkeerd apparaat bestellen, zijn wij als leverancier verplicht deze terug te nemen en de kosten daarvan te dragen. Zelfs als het apparaat is beschadigd en de verpakking verdwenen. Ik baal daar vreselijk van! Eindelijke eens een score voor de webwinkel. Het recht heeft geschiedt.
Tja Tom, 't is wat. Klanten: je hebt er alleen maar last van. Maar waar ik meer nieuwsgierig naar ben is wat nu de betekenis is van die uitspraak. Ik wou dat iemand dat kon uitleggen. Een reageerder beweert bijvoorbeeld dat automatische bevestigingen geen rechtgeldigheid (meer) hebben. Betekent dat dan ook dagt de 7-dagen zichtermijn op de helling gaat omdat de consument zich kan beoepen op 'geen overeenkomst'? En als er geen overeenkomst is, zijn dan de opt-in mailtjes ook verboden, omdat er er (kennelijk) toch nog geen zakelijke relatie is?