Twinkle | Digital Commerce

Misleiden met prijzen

2017-11-11
180101
  • 2:51

Net als vorig jaar hebben Sinterklaas en de Kerstman dit jaar te maken met nepaanbiedingen op speelgoed. Wanneer is er volgens de wet sprake van misleiding? En hoe zit het met de handhaving?

 
Tekst: Charlotte Meindersma

De Consumentenbond deed dit jaar opnieuw onderzoek naar de prijzen van speelgoed. In sommige gevallen bleken producten in juli goedkoper dan in november. Ook werden ‘vanaf-prijzen’ gesuggereerd die de webwinkel in kwestie nooit zelf had gerekend. Er is daardoor helemaal geen sprake van een aanbieding, terwijl dat wel zo lijkt. Mag een webshop of andere winkel wel op deze manier met prijzen omgaan?




Vraag en aanbod
In Nederland (en de EU) gaan we uit van vrije marktwerking. Prijzen worden door vraag en aanbod bepaald. Zodra er meer vraag is, verhogen veel aanbieders de prijs; paraplu’s en poncho’s zijn duurder als het regent en zonnebrillen zijn in de winter vaak een stuk goedkoper. Loopt een product goed, dan mag een winkelier van het ene op het andere moment bepalen dat de prijs omhoog gaat. Loopt een product slecht, dan mag de prijs verlaagd worden (‘uitverkoop’). Het is dus geen probleem dat speelgoed in de zomer goedkoper is dan in november en december. Dat is bovendien ook geen nieuw fenomeen, maar al een jarenlange strategie.

Misleiding
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) kan boetes opleggen bij misleiding. Maar wanneer is er sprake van een misleidende handelspraktijk? Dat is het geval wanneer de informatie over een prijs onjuist is of de prijs de consument kan misleiden, waardoor hij misschien een andere keuze maakt dan hij anders had gemaakt. Het suggereren van een specifiek prijsvoordeel kan ook misleidend zijn; doen alsof een product eerst voor prijs A aangeboden werd en nu voor prijs B in de aanbieding is, terwijl de (web)winkel het product nooit voor prijs A heeft aangeboden, is dus misleidend.


Webshop of speelgoedwinkels mogen natuurlijk wel vermelden wat de aanbevolen prijs (‘adviesprijs’) van een product is en daarbij vermelden dat zij het voor minder verkopen. Dat is feitelijke informatie en daarom niet misleidend.

Ook verschillende media lieten zich door Bol.com en Blokker misleiden. Ze dachten dat deze bedrijven al in november druk aan het stunten waren met hun prijzen, omdat ze de adviesprijs als van-prijs hadden vermeld; het leek te gaan om hoge kortingen, terwijl de producten niet goedkoper waren dan een paar maanden daarvoor.

Als speelgoedaanbieders 124,99 euro noemen als van-prijs voor een product, dan moet het artikel dat bedrag hebben gekost voor de aanbieding is ingegaan (‘Voor in de schoen: van 124,99 euro voor 109,99 euro’). Dat het product eerder, bijvoorbeeld juli, 99,99 euro heeft gekost maakt daarbij niet uit; speelgoedaanbieders hebben de vrijheid om hun prijzen af te stemmen op de vraag en het is aan de consument om slim eindejaarsinkopen te doen, bijvoorbeeld in de zomer al.

Wat verder nog meespeelt bij prijscommunicatie is dat een product werkelijk gekocht moet kunnen worden voor de prijs waarvoor het wordt aangeboden, dus zonder verborgen bijkomende kosten. Voor consumenten moeten prijzen bovendien altijd inclusief de btw worden vermeld.

Handhaving
Natuurlijk kunnen consumenten bij misleiding een deel van hun geld terugvragen. Dat kost echter meestal meer moeite dan het op zal leveren. De ACM kan daarentegen wel optreden en boetes opleggen aan winkels en webshops die consumenten misleiden. Dat doet de autoriteit overigens het hele jaar door en met betrekking tot veel meer aspecten van het consumentenrecht dan alleen de prijsbepaling. Die boetes kunnen, zeker voor grote (web)winkels, hoog oplopen. De ACM zegt bovendien steeds strenger te zullen handhaven.

Charlotte Meindersma is jurist voor de creatieve sector en ondernemers. Ze is eigenaar van Charlotte’s Law & Fine Prints.