Omdat een eerdere oproep van de NMa te weinig concreet bewijs heeft opgeleverd, vraagt de mededingingsautoriteit webwinkeliers nu zelf naar prijsdiscriminatie door hun leveranciers.
De Nma stuurde begin oktober vragenlijsten naar circa honderd webwinkeliers die witgoed of horloges verkopen. Volgens woordvoerster Barbara van der Rest van de NMa gaven binnengekomen klachten aanleiding eerst die branches onder de loep te nemen.
Hogere inkoopprijzen
Uit een enquête van de branchevereniging Thuiswinkel.org bleek eerder dit jaar dat een derde van de webwinkeliers hogere inkoopprijzen moet betalen dan 'gewone' winkeliers, omdat ze anders onder de prijs van de gewone winkels kunnen verkopen.
'Best wat respons'
Omdat behalve webwinkeliers ook consumenten hier de dupe van zijn, verzocht de NMa webwinkeliers met prijsdiscriminatie te maken hebben zich te melden. 'Daar is best wat respons op gekomen', aldus Van der Rest, 'maar het bleef bij signalen. Er was te weinig bewijsmateriaal, contracten bijvoorbeeld, die we ook aan een rechter zouden kunnen voorleggen.'
Verhoudingen
De enquête moet in beeld brengen hoe de verhoudingen in de onderzochte branches liggen en welke mededingingsrisico's er spelen. Vervolgens stelt de NMa een zogenoemd visiedocument op, dat naar verwachting medio 2009 verschijnt. Van der Rest: 'Dan weet iederen hoe de NMa naar de markt kijkt.'
Onderzoek
Of de binnenkomende vragenlijsten ook tot onderzoek naar individuele fabrikanten en importeurs zullen leiden, kan Van der Rest niet zeggen: 'De NMa kondigt onderzoeken nooit van tevoren aan. Anders zouden betrokken partijen hun gedrag daar bij voorbaat op aan kunnen passen.' Ook over het aantal ingevulde enquêtes tot nu toe zegt Van der Rest geen uitspraken te kunnen doen.
Ik ben onlangs een hengelsport webwinkel gestart. Met de opstart heb ik een hoop leveranciers benaderd. In deze deze branche is een hogere inkoopprijs niet eens het probleem, het grootste deel van de leveranciers wil niets met webwinkels te maken hebben omdat ze bang zijn dat hun producten voor een lagere prijs worden aangeboden dan op de fysieke verkooppunten. Als dit geen discriminatie is?
Piere, dan moet je gewoon een stenen winkelier benaderen die het voor jou inkoopt. Jij koopt het van hem en geeft hem een bonus, ook ga je reclame voor hem maken. Tegelijkertijd leert hij op afstand iets over online, dat kan hem later van pas komen. Dit komt veel voor, op die manier.
Martin: Jouw idee om de artikelen bij een gewone winkel (bricks) in te kopen is niet altijd een oplossing. Nadat mijn leveranciers in de witgoed- en inbouwbranche mijn inkoopprijzen tot 160% (!) hadden verhoogt ging ik uiteraard op zoek naar een ander inkoopkanaal. Dit werd een bricks "om de hoek". Dat ging enige tijd goed totdat de leverancier er lucht van kregen waar ik mijn spullen kocht. Omdat de bricks ook aan mij verkocht(we praten over enkele mijoenen euro's) werden ook zijn inkoopprijzen verhoogt. Als kapstok werd een argument verzonnen dat "toegevoegde waarde heet". De leveranciers kwamen met de volgende argumentatie: Een winkel die veel service biedt aan de consument krijgt daarvoor een lager inkoopprijs. Anders gezegd een consument moet altijd dezelfde prijs betalen voor het artikel. Ook als hij geen behoefte heeft aan toegevoegde waarde bijvoorbeeld bij zelf afhalen of inbouwen.
Neorg, daar noem je ook wat, witgoed. Staat al jaren bekend om dit soort praktijken. Je moet maar zo denken: het is pure strategie-armoede dat ze zo reageren. En dus heb jij juist kansen! Gebrek aan een eigen plan en visie leidt bij hen tot hakken in het zand, niet tot creatieve business zoals bij jou. Zo deed de fotobranche ook, en de video, en ze zijn uiteindelijk uit het straatbeeld verdwenen. Boekhandels, witgoed, bruingoed, muziek, op den duur komen ze allemaal aan de beurt. Hun gemeenschappelijk kenmerk: angstvallig vastklampen aan distributievormen uit het stenen tijdperk.