Nederlandse bedrijven willen graag succes boeken in de Chinese online markt, maar erg succesvol zijn ze daar tot nu toe nog niet. 'Vier of vijf' Nederlandse partijen hebben de strijd inmiddels gestaakt.
Dat zegt Roland Palmer, directeur Benelux van Alibaba tegen het FD. Partijen als Flinders en Albert Heijn staakten de afgelopen jaren de online verkoop in China. Volgens Palmer heeft dat voor een deel te maken met de manier waarop in China via internet wordt verkocht. 'Soms moet je wel tien pagina's productinformatie aanleveren. En als je daar zaken wil doen, loont het om in Nederland een Chinees aan te nemen.'
De afgelopen twee jaar openden al meer dan honderd Nederlandse winkels op Alibaba. Albert Heijn startte als proef in 2015 een webwinkel op Tmall, een platform van Aibaba. Volgens een woordvoerder richt Albert Heijn zijn pijlen nu op Europa en Amerika.
Flinders
Ook Flinders verkoopt inmiddels niet meer via Alibaba. Directeur Geert-Jan Smits verklaart aan het FD dat het verkopen op het Chinese platform achteraf gezien veel moeite heeft gekost, en weinig heeft opgeleverd. 'Je moet lokaal klantenservice leveren tot 's avonds laat, je moet continu aan de prijzen draaien, door lokale partijen alles laten vertalen en je spullen daar zien te krijgen. Je merkt dat de omzet weer opdroogt wanneer je geen korting geeft.'
Lees ook: 'Flinders stopt in China' (Twinkle 29-03-2018)
Wij hebben meerdere opdrachtgevers voor de Chinese markt en toegegeven het is een land met enorm veel valkuilen maar ook met enorm veel mogelijkheden. Ik kan mij voorstellen dat je niet weet waar je moet beginnen wanneer je over letterlijk die grens wilt stappen. Echter, door een gedegen marktonderzoek en met de juiste lokale experts samen te werken kom je toch een heel end hoor!