Twinkle | Digital Commerce

Plus werkt aan dubbele bezorgpropositie

2017-11-11
180101

Supermarktketen Plus beoogt dat alle 262 vestigingen eind volgend jaar online bestellingen aannemen, ruim honderd meer dan nu. Klanten moeten straks kunnen kiezen tussen afhalen, bezorging door de super in de buurt of bezorging vanuit een centraal distributiecentrum.

Dat distributiecentrum voor online bestellingen is er nog niet. Momenteel worden alle afhaal- en bezorgorders klaargemaakt in de supermarkten. Webshoppers kunnen hun virtuele boodschappenmandje dus alleen vullen met producten die bij hun geselecteerde winkel op voorraad zijn. Daar staat snelle levering voor de klant tegenover. Bijkomend voordeel is dat Plus-ondernemers elke internetaankoop aanslaan op hun eigen kassa.

Groter aanbod online
Met een centraal dc krijgen webshoppers er een goedkoper bezorgalternatief bij, schetst Plus-directeur Jan Brouwer in het FD. Ook kan het online aanbod daarmee worden uitgebreid, bijvoorbeeld met online only producten.

Hoe sneller, hoe duurder
Het centrale dc komt er wanneer zo goed als alle Plus-ondernemers online verkopen. Brouwer hoopt dat het eind volgend jaar zover is. Webshoppers met meer geduld zijn dan minder kwijt voor de levering, schetst hij: ‘Hoe sneller je de boodschappen wilt hebben, hoe duurder het is.’

Online omzet
Afgelopen jaar kwam 2 procent van Plus’ inkomsten binnen via het online kanaal. Bij een totale omzet van 2,2 miljard euro komt dat neer op een bedrag tussen de 40 en 50 miljoen euro. In mei vorig jaar lanceerde Plus zijn nieuwe boodschappenplatform.

Verlies
Net als veel concurrenten maakt Plus, dat nu werkt aan een mobiele bestelapplicatie, nog geen winst met zijn online verkoopactiviteiten ‘Toch investeren we er zwaar in, want we merken dat je er consumenten mee trekt’, aldus algemeen directeur Brouwer in het FD. ‘Het is een verlieslatende activiteit, maar wel een die nieuwe klanten oplevert.’  

Jumbo’s financiële topman Ton van Veen sprak in dit licht al eens van een ‘hypotheek op toekomstige winstgevendheid’.