Er is sinds 1 juli 2012 een nieuwe wettelijke regeling voor buitengerechtelijke incassokosten. Deze geeft duidelijke grenzen. Zo zal de (online) wanbetaler altijd minimaal 40 euro en maximaal 6.775 euro voor zijn kiezen krijgen indien hij de rekening niet betaalt.
Het precieze bedrag wordt berekend als percentage van het bedrag dat de wanbetaler een bedrijf nog moet betalen. Hierbij geldt: hoe hoger de vordering, hoe lager de relatieve ‘boete’.
Sneller incassokosten
De kans dat de niet-betalende klant snel te maken krijgt met incassokosten lijkt hierdoor groter: het bedrijf kan immers een dag na afloop van de eerste betaaltermijn direct een aanmaning sturen met een laatste ‘incassovrije’ betaaltermijn van 14 dagen. Als de klant daarna og niet heeft betaald kan een bedrijf dus meteen buitengerechtelijke incassokosten vorderen.
Voordelen
Toch is het niet alleen maar narigheid; ook aan deze regeling zitten voordelen. De regeling zorgt namelijk ook voor transparantie: het incassobedrag omvat ook direct alle kosten, denk aan het aanmaken van een dossier en het opstellen en versturen van een aanmaningsbrief. Vage posten waarvan niemand weet waar het op is gebaseerd, verdwijnen hierdoor.
Ook is het door de regeling duidelijk hoeveel je moet betalen als schuldenaar, en hoeveel je als schuldeiser maximaal mag vragen. Dit scheelt een hoop discussie over de omvang van het bedrag.
B2c
De regeling geldt overigens alleen voor b2c, ondernemers onderling mogen het nog zelf uitvechten en de hoogte van de incassokosten zelf bepalen.
Heeft u toevallig nog een rekeningetje openstaan? Geen nood! De regeling geldt alleen voor vorderingen vanaf 1 juli 2012.
Een nuance t.a.v. B2C. Ondernemers onderling mogen inderdaad zelf afwijkende afspraken maken (in overeenkomst of algemene voorwaarden), maar als dit niet gedaan is (wat momenteel meestal het geval zal zijn omdat de regels net nieuw zijn) dan gelden wel degelijk dezelfde maximale kosten.