Twinkle | Digital Commerce

Open de kluis naar een open netwerk

2023-01-07
1000562
  • 8:19

Er zit ontwikkeling in de pakketkluisbusiness. Waar voorheen een gebrek aan voldoende kluizen in de buurt van de consument het probleem was, lijkt er de laatste maanden een ware race gaande om wie zo snel mogelijk de meeste kluizen weet neer te zetten. In cijfers: PostNL werkt toe naar 1.500 punten, De Buren naar 3.000, Budbee zegt rond 800 Budbee Boxes te hebben en hier worden komend jaar 400 locaties aan toegevoegd. DHL groeit door de overname van het failliet verklaarde Instabox in één klap naar 1.300 punten. De problematiek lijkt daarmee te verschuiven van een tekort aan kluizen, naar een wildgroei van oranje, groene, gele en witte kluiswanden. We laten de betrokkenen aan het woord.

Nederland is een vreemde eend in de Europese e-commerce bijt. Het aantal pakketten dat hier thuis wordt bezorgd is al ongekend hoog, de termijn waarbinnen dat gebeurt is nog uitzonderlijker. De Nederlandse consument is verwend. De opkomst van pakketkluizen wordt dan ook met enig cynisme bekeken door de markt. Bij Thuiswinkel.org is men ronduit kritisch over de vermeende positieve gevolgen die pakketkluizen zouden hebben voor de verduurzaming van de pakketmarkt. ‘TNO is door Topsector Logistiek en Thuiswinkel.org gevraagd om onderzoek te doen naar afhaalpunten’, vertelt Alicja van Ewijk, projectmanager duurzaamheid & logistiek bij Thuiswinkel.org. ‘Daaruit blijkt dat het pas duurzamer en efficiënter wordt als minimaal 50 procent van de pakketten naar een afhaalpunt gaan. Pas dan zie je een besparing in CO₂-uitstoot (17 procent) en een daling van het aantal busjes dat ingezet wordt. Om de cirkel rond te maken: één bestelbus die pakketten thuisbezorgt, betekent veertig tot zestig minder autobewegingen van consumenten.’

Milieuvoordeel?

De bezorging aan huis mag hier dan al erg efficiënt zijn geregeld, toch zetten vrijwel alle vervoerders steeds meer in op de ontwikkeling van een pakketkluizennetwerk. Budbee had in thuisland Zweden, in Noorwegen en Finland al succes met de kluizen en wil dat voortzetten in ons land, meldt general manager Jørgen Höppener van Budbee Benelux. ‘Wij geloven dat pakketkluizen een goede aanvulling zijn op de thuisbezorgingen en dat ze bijdragen aan het duurzamer en efficiënter maken van pakketbezorging in de toekomst. Het biedt daarnaast veel oplossingen voor een dichtbevolkt land als Nederland.’ Het gebruik van een pakketkluis zorgt ervoor dat meerdere pakketten in één stop kunnen worden afgeleverd, in plaats van dat een chauffeur op meerdere adressen stopt. De CO₂-uitstoot per pakket wordt zo tot een minimum beperkt.

Duurzaamheid is een belangrijk thema bij bezorging. Maar even los bekeken van de kwestie CO₂-uitstoot, bieden pakketkluizen natuurlijk ook voordelen voor de consument. Volgens Harm Schokker, adjunct-directeur retail Benelux bij PostNL, heeft die organisatie om die reden onlangs besloten om stevig te investeren in uitbreiding van hun pakketkluizen. ‘Het aantal pakketten dat we nu bezorgen is ten opzichte van zes jaar geleden ontzettend hard gegroeid. Maar niet alle consumenten blijven thuis wachten op een pakje, die tijd is echt voorbij. Een kluis in de buurt is voor sommige consumenten dus de ideale alternatieve optie. 80 procent van de kluizen staat buiten, waar mensen 24 uur per dag hun pakket kunnen afhalen of retour kunnen brengen. Dat sluit goed aan bij de behoeften van veel consumenten vandaag de dag. Die willen flexibiliteit, controle, het moet makkelijk zijn. En ook voor bezorgers helpt het, omdat ze veel pakketjes in één keer kunnen leveren, in plaats van één of twee per adres.’

Kip en ei

Hoe meer Nederlanders gewend raken aan het gemak van een kluis, hoe meer gebruik er ook van wordt gemaakt, zo voegt directeur Robin Dragstra van pakketkluizenbedrijf De Buren toe. ‘Maar dan moeten ze wel comfortabel bij je huis aanwezig zijn. Of op weg naar je werk, trein of bus, bij de supermarkt of benzinestation.’ Hij ziet dat steeds meer kluiswanden worden geplaatst op gemeentegrond, of in samenwerking met de provincie op hub-locaties, knooppunten van verbindingen.

Een partij die tot voor kort weinig te melden had op het gebied van pakketkluizen is DHL. Maar ook zij kondigden in korte tijd enkele forse investeringen aan. Woordvoerder Ewout Blaauw meldt dat ook DHL de belangstelling bij consumenten ziet toenemen voor pakketkluizen – en voor servicepunten in het algemeen. ‘Ten dele is het een kip-eiverhaal. Naarmate er meer kluizen komen, zullen die meer deel uit gaan uitmaken van het consumentengedrag. Wij gaan versneld naar 1.300 pakketkluizen en we denken dat die binnen een totaal van straks zo’n vijfduizend servicepunten een belangrijk aandeel zullen hebben. Er moeten meer pakketkluizen komen, die bovendien door verschillende vervoerders gebruikt moeten kunnen worden.’

Whitelabel

Dat laatste punt wat Blaauw aanstipt, is een interessante. Bij zo’n ‘open netwerk’ van kluizen maakt het voor de consument niet meer uit waar hij bestelt en kan hij altijd bij het favoriete, dichtstbijzijnde punt terecht. En laat dit nou naast uitbreiding van het aantal locaties de trend zijn: ook PostNL kondigde recent aan een IT-oplossing te ontwikkelen waarmee andere bezorgers in hun pakketkluizen kunnen leveren. Volgens adjunct-directeur retail Schokker praat PostNL al met diverse partijen die daar gebruik van willen maken. Budbee zegt zijn kluizennetwerk al van begin af aan open te stellen voor andere bezorgers. De Buren – geen vervoerder maar een aanbieder van pakketkluizen – meldt niet zonder trots dat ze in 2011 de eerste waren die een open, whitelabel netwerk van kluizen ging exploiteren.

De Buren-directeur Dragstra ziet ook de beste mogelijkheden voor een whitelabel-oplossing. Hij heeft echter zijn bedenkingen bij de huidige ontwikkelingen, waarbij pakketbezorgers hun – compleet in huisstijlkleuren en -logo’s bestickerde – kluiswanden openstellen voor anderen. ‘De term whitelabel verwijst naar onafhankelijkheid: wit is immers nog in te kleuren. Zeker in de “gekleurde” wereld van pakketdiensten, met PostNL-oranje, DHL-geel, UPS-bruin, is dit een goede metafoor om de onafhankelijkheid te benadrukken. Pakketdiensten zullen uit concurrentieoverwegingen op dit moment nog niet bereid zijn om gebruik te maken van de pakketlocker van een directe concurrent. Zeker niet als deze is uitgevoerd in de look-and-feel van deze concurrent.’

Unaniem

We vragen het aan de pakketdiensten zelf. Inderdaad blijkt iedereen, unaniem, enthousiast om de eigen kluizen open te stellen voor andere partijen. Maar gevraagd of zij hun eigen pakketjes dan óók in de met logo’s bestickerde kluiswand van een concurrent deponeren, is de reactie wat voorzichtiger. ‘Als er aanleiding is om kluizen van andere providers te gebruiken om consumenten nog beter van dienst te kunnen zijn, dan is dat iets waar we naar zullen kijken. Dat is echter op dit moment niet aan de orde’, aldus Höppener van Budbee. Andere partijen maken nog geen gebruik van hun netwerk. Schokker van PostNL denkt niet dat de oranje bestickering van hun kluiswanden een issue is. ‘We krijgen van meerdere kanten aanvragen om gebruik te maken van ons netwerk, maar dit argument heb ik nog niet gehoord.’ PostNL zegt na te denken over hoe om te gaan met het plaatsen van pakketten bij een andere partij in de kluis. ‘Het afgelopen jaar zijn we bezig geweest om te zorgen voor goede locaties om onze eigen kluizen neer te zetten, om tot die 1.500 locaties te komen. We focussen momenteel op de uitbreiding van onze pakketautomaten. Maar deze vraag komt zeker ook voorbij en we denken er dan ook over na of samenwerking met andere partijen passend is.’

Blaauw laat weten dat DHL het gesprek met andere pakketdiensten hierover aan wil gaan. ‘DHL maakt al gebruik van het systeem van De Buren. En nu PostNL heeft aangekondigd hun netwerk open te stellen, zijn wij daar zeker geïnteresseerd, al moeten we nog even goed kijken naar de voorwaarden. Wij vinden dat het een wederkerig principe zou moeten zijn. Daar is de consument het meest bij gebaat. Anders krijg je de situatie dat de consument voor het ene pakketje naar een gele kluis toe moet, en voor het andere naar een oranje of een groene. Dat is niet in het belang van de klant.’ In diezelfde lijn vindt hij dat een servicepunt ook de keuze moet hebben om met meerdere vervoerders samen te werken. Blaauw pleit dan ook voor een open netwerk. ‘Er is nog genoeg andere gelegenheid om ons concurrentievoordeel te halen.’

Publiek versus privaat terrein

Oké, dan hebben we dus diverse aanbieders die sinds kort sterk geloven in pakketkluizen, die veel investeren in een eigen netwerk, die op papier open staan voor een open netwerk, maar waarbij onderling toch nog niet wordt samengewerkt. Moeten gemeenten vrezen voor een wildgroei van oranje-blauw-geel-bruine pakketkluizen? De gemeente Rotterdam houdt het goed in de gaten, zo meldt Jan Robbert Albrechts, coördinator goederenvervoer Gemeente Rotterdam. ‘We zien de afgelopen jaren op verschillende private gronden pakketlockers ontstaan. De meeste zijn openbaar toegankelijk, zoals in een station of supermarkt, maar er zijn er ook in een afgesloten appartementencomplex. Een ontwikkeling die de markt volledig zelf oppakt zonder hulp van de gemeente.

Het is echter niet overal in de stad mogelijk om een dekkend netwerk pakketlockers te creëren uitsluitend op privaat terrein. ‘Samen met een aantal partijen uit het Rotterdamse Convenant Zero Emissie Stadslogistiek onderzoekt de gemeente de wenselijkheid van pakketkluizen in de openbare ruimte. We bekijken of we een fieldlab experiment kunnen starten op een aantal openbare locaties in de stad. Rotterdam heeft een aantal basisuitgangspunten opgesteld waaraan het pilotvoorstel moet voldoen. Waar het kan inpandig en alleen waar het moet in de openbare ruimte. Daarnaast vindt de gemeente het bijvoorbeeld belangrijk dat de pakketkluis tegen een bestaand object komt te staan en dat de pakketkluis op een veilige manier gevuld en gebruikt kan worden zonder verkeersopstoppingen. Ook moet de pakketkluis whitelabel zijn, dus elke pakketdienst moet er gebruik van kunnen maken. De gemeente wil daarmee voorkomen dat op iedere hoek van de straat een pakketkluis van een andere aanbieder komt te staan. Tot slot wil Rotterdam de pakketkluizen in de Rotterdamse huisstijl, namelijk antracietgrijs als basis en met minimale bedrijfsuitingen. Op basis van het onderzoek en het fieldlab experiment kunnen we beoordelen of pakketkluizen in de openbare ruimte wenselijk zijn en welke voorwaarden we als gemeente moeten stellen om wildgroei te voorkomen.’

Is Thuiswinkel.org wel voorstander van kluizen als er sprake is van een dergelijk open netwerk? Volgens Van Ewijk is de haalbaarheid daarvan nog maar de vraag. ‘Voornamelijk omdat de vraag is of er dan ook efficiëntieslagen gemaakt worden. In het slechtste geval blijven er alsnog drie busjes van drie vervoerders naar die ene pakketkluis rijden. Dan bied je de consument veel gemak, maar blijft verduurzaming en verdere samenwerking uit. Vinden we het belangrijk om de consument nóg meer opties te geven om producten te ontvangen of retourneren? Of moeten we als keten meer gaan samenwerken om de opties die er al zijn toekomstbestendig en duurzamer te maken? Wij zouden graag zien dat ingezet wordt op dat laatste.’