Twinkle | Digital Commerce

De fysieke webwinkel?!

2017-11-08
180101

Er is al enige tijd discussie over bestemmingsplannen en webwinkels. Zelfs de Raad van State en de rechter zijn er al aan te pas gekomen. De Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen bevat een verouderde definitie van het woord ‘detailhandel’.

Dit maakt het mogelijk dat gemeenten en/of rechters op grond van deze verouderde definitie webwinkels verbieden. De mensen die bijvoorbeeld met goede moed vanuit hun zolderkamer een webwinkel zijn begonnen (en daar begint het toch vaak) worden hierdoor uitgeschakeld. Zonde!

Fietsenshop.nu
In de uitspraak van de Raad van State ging het om Fietsenshop.nu. Deze 'webwinkel' werd verboden door de gemeente omdat het bedrijf niet slechts als webwinkel optrad. De rechter overwoog dat de gemeente (die de zaak had aangespannen) gelijk had, omdat de winkel op gezette tijden en op afspraak voor het publiek was geopend en omdat online bestelde fietsen op het terrein van de webwinkelier konden worden uitgeprobeerd, afgehaald en betaald. Bovendien zou Fietsenshop.nu de fietsen buiten hebben uitgestald om de verkoop te bevorderen.

Dit lijkt mij een terechte uitspraak. De 'webwinkel' is op deze wijze namelijk eveneens een fysieke winkel en dat kan strijd opleveren met het bestemmingsplan, zeker wanneer je vanuit huis handelt.

Vreemde uitspraak
De tweede uitspraak is anders. Hier betrof het een webwinkel, gevestigd op een bedrijventerrein, zonder bestemming detailhandel op het pand. De rechtbank heeft toen geoordeeld dat de gemeente Schijndel moet optreden tegen de winkel, omdat het bedrijf in strijd handelt met het bestemmingsplan. Hij overwoog:

'Op bedrijfslocatie worden via webwinkels goederen ten verkoop aan particulieren aangeboden, de via deze webwinkels gedane bestellingen geaccepteerd, de betaling van deze goederen gecontroleerd, de bestelde goederen verzameld, verpakt, verzendgereed gemaakt en ter verzending aangeboden. Daarmee is sprake van met het bestemmingsplan strijdige detailhandel.'

Dit is mijns inziens een vreemde uitspraak, omdat het betekent dat het enkele feit dat al deze handelingen in een en dezelfde ruimte plaatsvinden genoeg is om van ‘detailhandel’ te spreken. Er zou volgens deze uitspraak dus eveneens een ander pand (mèt vergunning voor detailhandel uiteraard!) moeten zijn. Een plek waar de bestellingen binnenkomen en een andere locatie waar de producten worden ingepakt en verstuurd. Vreemd.

Gelukkig dacht de Gemeente Schijndel er net zo over en besloot zj het anders aan te pakken: ze hebben niet de webwinkel aangepakt, maar hun bestemmingsplan aangepast.

Ruimtelijke uitstraling en definitie
Het hele probleem is wat mij betreft in de praktijk simpel op te lossen: zolang een webwinkel niet op een fysieke winkel gaat lijken, is er niet aan de hand.  Bij de beoordeling zou het echt moeten gaan om de ruimtelijke uitstraling die van de bedrijfsactiviteiten uitgaat. Dit moet uiteraard van geval tot geval bekeken worden.

Het lijkt mij verder een goed idee om de definitie van ‘detailhandel’ in de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen aan te passen of een extra definitie toe te voegen die is gericht op de online verkoop vanuit huis of bedrijventerreinen.