Otto investeert flink in online startups

De Duitse Otto Group investeert dit jaar flink in de ontwikkeling van zijn online start-ups. Zo wordt in 2014 een nieuwe webshop met modeartikelen en woonproducten voor jonge vrouwen gelanceerd onder de werknaam ‘Collins’.

Otto is de komende twee jaar (tot 2015) van plan om veel te investeren in zijn e-commerce start-ups, meldt het bedrijf in een persbericht. De keten heeft een bedrag van 300 miljoen euro uitgetrokken voor zijn e-commerce projecten. Dit bedrag wordt gebruikt om online start-ups succesvol van de grond te krijgen en uit te breiden. Collins start in 2014 als pure player en moet binnen vijf tot zeven jaar winstgevend zijn, zegt bestuursvoorzitter Rainer Hillebrand van Otto. Ook wil Otto met het geld investeren in zijn multichannel strategie en zijn betaaloplossing Yapital voor smartphones.

Mobiele verkoop
De omzet uit e-commerce moet dankzij de investering groeien van 5,7 miljard euro naar 8 miljard euro. Momenteel zorgen de zestig webshops van de keten al voor 57 procent van de totale omzet van Otto. In Duitsland ligt dit aandeel op 62 procent en het groeit dankzij het toenemende gebruik van smartphones en tablets. Op dit moment is tachtig procent van de webshops van Otto geoptimaliseerd voor mobiele verkoop. ‘We willen bij onze online verkoop meer gaan denken vanuit het scherm van een tablet’, zegt Hillebrand tegen Etailment. ‘Tablets worden steeds belangrijker in de toekomst.’

Eigen platform
Otto liet begin maart al weten meer webshoppers aan zich te willen binden door een eigen e-commerce platform te bouwen, net als concurrenten Amazon en Zalando dat deden. Otto verbreekt de samenwerking met Intershop om dit te realiseren. De keten vertelde niet wakker te liggen van de omzetgroei die pure players als Amazon en Zalando doormaken. Volgens Hans-Otto Schrader, bestuursvoorzitter van Otto, is er momenteel feitelijk sprake van een ‘goudkoorts' in de online business, die hem doet denken aan de dagen van de internetzeepbel. 'Het moet nog maar blijken of de hoge verwachtingen uitkomen en of er achter de snelle groei ook winstgevende businessmodellen zitten.’