Afgelopen juni traden nieuwe regels in werking die webshoppers op Europees niveau moeten beschermen. Maarten Braun en Maaike Lassche van ICTRecht bespreken opvallende wijzigingen en lacunes. Allereerst gaan ze in op het herroepingsrecht bij tijdschriftabonnementen.
Tekst: Maarten Braun en Maaike Lassche
Het vernieuwde consumentenrecht kent een aantal regels waar je vraagtekens bij kunt zetten. Waarom moet een webwinkelier bijvoorbeeld een modelformulier voor herroepingsrecht in een vast format aanbieden? En waarom is een bepaalde uiting (zoals ‘bestelling met betaalverplichting’) bij een bestelknop toch verplicht? Het online winkelen is nu toch wel enigszins ingeburgerd en een consument weet anno 2014 heus wel wanneer een bestelling definitief wordt en dat hij daar uiteindelijk moet betalen.
Losse exemplaren
Het herroepingsrecht bij tijdschrift en-krantenabonnementen is ook iets nieuws in de wet. Het lijkt er echter op dat er iets is vergeten. Het is op zijn minst onduidelijk. Bij de aankoop van een los exemplaar geldt er geen herroepingsrecht, mits de consument daar uiteraard vooraf over is geïnformeerd. Dat is ook logisch. Na 14 dagen is er immers al een nieuw nummer uit en heeft de consument het tijdschrift allang uit kunnen lezen. Het is dan niet wenselijk dat de consument het tijdschrift alsnog zou kunnen retourneren.
Abonnementen
In hetzelfde wetsartikel staat dat het herroepingsrecht wél geldt voor de geregelde levering van de bedoelde producten, abonnementen dus. Een abonnement is dus nog te ontbinden, ook nadat je al iets hebt ontvangen. Sterker nog: de termijn van 14 dagen gaat pas in na ontvangst van het eerste exemplaar.
Dit is een wezenlijke verandering ten opzichte van de oude regelgeving. Een abonnement kon je onder de oude wet namelijk onder ‘dienstverlening’ plaatsen en nadat de consument had ingestemd met levering was er geen herroepingsrecht meer. Nu er in de wet expliciet wordt gesproken over de ‘geregelde levering’ van zaken en het eerdergenoemde artikel is opgenomen in de wet, is dit waarschijnlijk niet meer mogelijk.
Het wringt een beetje als je losse exemplaren niet kunt retourneren, maar dat een abonnement op dezelfde producten weer wel te ontbinden is. Het ontvangen eerste exemplaar terugsturen is nutteloos, de winkel kan daar niets meer mee. Wat moet er wél gebeuren bij het herroepen van een abonnement?
Waardevermindering
Op dit punt is de wet niet duidelijk. De vraag is bijvoorbeeld of je als consument al het abonnementsgeld terug moet krijgen. De wet kent bij de levering van producten bijvoorbeeld de ‘waardeverminderingsregel’. De wet geeft aan dat de consument voor waardevermindering aansprakelijk is als hij verder is gegaan dan noodzakelijk om de aard, de kenmerken en de werking van het product vast te stellen.
Het is bij kranten en tijdschriften daarom op zijn minst redelijk om te stellen dat de consument het ontvangen exemplaar wel moet betalen (de waardevermindering is 100 procent, want het product is onverkoopbaar geoworden). Daar hoort bij dat een los exemplaar niet geretourneerd hoeft te worden. Het advies aan aanbieders van abonnementen is om dit ook zo te communiceren. Bij een eventuele herroeping (let op dat wel voldaan wordt aan alle eisen omtrent het herroepingsrecht) krijgt de consument dus zijn geld terug minus de kosten van de reeds ontvangen exemplaren.
Als het herroepingsrecht wordt ingezet bij diensten moet het gebruikte deel ook betaald worden. Alleen is de vraag of een abonnement onder dienstverlening valt, nu zo uitdrukkelijk in de wet is opgenomen dat het een (geregelde) aankoop is.
Maarten Braun en Maaike Lassche zijn beide juridisch adviseur bij ICTRecht.
Dit is het eerste deel van een serie over opvallende of ontbrekende punten in de nieuwe ‘consumentenwet’.
NB: in de aanloop naar de inwerkingtreding van de Europese Consumentenrichtlijn schreven Braun en Lassche al een reeks publicaties over voor Twinkle. Op 13 juni werd die afgesloten met een artikel dat antwoordt biedt op veelgestelde vragen.
Leuk artikel en zeker leerzaam. Je haalt echter eerst de volgende tekst aan "De wet geeft aan dat de consument voor waardevermindering aansprakelijk is als hij verder is gegaan dan noodzakelijk om de aard, de kenmerken en de werking van het product vast te stellen."
Hierin zit een belangrijk voorbehoud. De consument moet dus verder zijn gegaan dan noodzakelijk. Niet enkel de waardevermindering staat centraal.
Als een consument dus het tijdschrift niet heeft geopend of slechts in die mate heeft geopend om te bekijken of het aan het contract voldoet. Dan kan de waardevermindering van het eerst exemplaar toch ook niet op zijn bordje komen??
Het zou voor mij wel logisch zijn de wetgeving van een los exemplaar en een dienst met elkaar te combineren en zo tot dezelfde conclusie te komen, maar of dat ook wettelijk houdbaar is?
Beste Marcel,
Je hebt inderdaad gelijk voor wat betreft de waardevermindering. Even kijken etc. zoals bijvoorbeeld in een winkel dat kan, dat kan niet als waardevermidnering worden gezien, althans niet zoals de regel nu in de wet staat vermeld.
Een beroep daarop door de verkoper is dan denk ik ook niet haalbaar. 100% verlies is wellicht alleen te betogen, omdat een los exemplaar ook is uitgezonderd, maar of dat klopt? Daarmee is wel gelijk het probleem duidelijk. Deze situatie is gewoon niet helder omschreven in de wet. Abonnementen onder het herroepingsrecht, dat is prima, maar er moeten wel ergens grenzen zijn.