Door deze 6 fouten is jouw webshop traag en mis je omzet

Bakken met geld besteed je aan SEA, SEO, e-mailcampagnes, social media en andere kanalen. Massaal komt er verkeer naar je webshop, maar al snel raken je bezoekers geïrriteerd en swipen of klikken ze je webshop weg. Logisch, want je webshop is traag. Consumenten gaan niet wachten tot ze in je webshop kunnen surfen en dus mis je omzet. Deze zes fouten maken de meeste webshops traag, waardoor ze omzet mislopen.

Tekst: Patty Bastiaansen

1. Je weet niet hoe traag je webshop is

De eerste fout is een inkoppertje, maar helaas de waarheid. Veel e-commerce managers negeren het verband tussen de conversie en de laadtijd in je webshop. Hoe sterk dit verband is, verschilt per webshop. Maar terwijl ik nog geen klant ben tegengekomen waarbij de laadtijd geen invloed heeft op de conversie, ben ik er ook nog geen tegengekomen die direct wist wat überhaupt de laadtijd van zijn webshop is. 

Als je niet weet hoe traag jouw webshop is, dan is het hoog tijd om de proef op de som te doen. Dit moet je doen:

1. Surf naar de website webpagetest.org, vul de URL in van je webshop
2. Geef Amsterdam aan als testlocatie
3. Selecteer bij connection de 3G-verbinding (voor het testen van je mobiele webshop)
4. Bij het aantal testen geef je aan dat je er drie wilt doen
5. Geef aan dat je alleen wil testen voor nieuwe gebruikers
6. Als laatste kun je in het tabblad Chrome instellen of je wilt testen onder mobiele gebruikers

Afbeelding 1 helpt je bij het instellen van deze gegevens.

Afbeelding 1: voorbeeld van gegevens die je moet invullen op Webpagetest.org

En hoe scoort je webshop? Laadt die niet binnen drie seconden? Dan moet je zeker aan de bak. Hoe je dit aanpakt, lees je in deze blog.

2. Je gebruikt onnodig grote afbeeldingen

Hoe zwaarder de bestanden die je webshop moet laden, hoe langer het duurt voordat je webshop volledig geladen is. Je wilt dus zo klein mogelijke bestanden, maar waarom gebruiken veel webshop afbeeldingen die rustig 800 kb zijn? Ook hebben veel webshops afbeeldingen die zo groot zijn, dat ze niet eens in het scherm passen (zie bijvoorbeeld afbeelding ).

Streef naar afbeeldingen die kleiner zijn dan 100kb. Dan lijken je afbeeldingen met Wifi-verbinding direct geladen te zijn. Dat doe je door de afbeelding daadwerkelijk te verkleinen in omvang en door daarna met gratis online tools als Compressor.io de afbeelding te optimaliseren. Een afbeelding bevat namelijk allerlei metadata die niet noodzakelijk zijn voor het doel waarvoor jij de afbeelding gebruikt, maar die de afbeelding wel zwaarder maken. Denk aan kleurdiepte, waar en waarmee de afbeelding gemaakt is en dergelijke. Met zo’n optimalisatieslag kun je de bestandsgrootte van afbeeldingen tot wel 80 procent verkleinen zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit van de afbeelding.

Zorg er daarnaast voor dat de afbeeldingen zo goed mogelijk passen op het beeldscherm van het gebruikte toestel. 

Afbeelding 2: via Google Chrome Developer Tools is te zien dat deze afbeelding totaal niet past op het scherm.

3. Je laadt onzichtbare elementen als eerste

Waarom zou je die Facebook Pixel die je nauwelijks gebruikt als eerste laten inladen? Of andere scripts? Je webshopbezoeker ziet een wit scherm en heeft hier dus niets aan. Laad als eerste CSS en HTML in, want dit zorgt voor zichtbare content waardoor het voor de bezoeker voelt alsof de pagina snel laadt. Probeer binnen een seconde zichtbare content te tonen aan de webshopbezoeker.

4. Je maakt geen gebruik van caching-mogelijkheden

Als een bezoeker jouw webshop bezoekt, moet de browser van die bezoeker de webshop opvragen bij de server waar jouw shop op staat. Voor elk element dat wordt ingeladen (afbeeldingen, tekst, koppelingen, gepersonaliseerde informatie, etc) betekent dit een verzoek aan de server. Hoe meer verzoeken de server moet afhandelen, hoe langer het duurt voordat je webshop volledig in de browser van de bezoeker verschijnt. Het is dus zaak om de server zo efficiënt mogelijk te laten werken.

Streef naar maximaal 80 verzoeken. Hier zit je al snel aan. Een van de manieren waarop je dat kunt doen is door gebruik te maken van caching. Dit is een techniek waarbij pagina’s of paginagedeeltes volledig berekend en al opgeslagen worden in het geheugen. Wanneer een tweede bezoeker dezelfde pagina opvraagt, kan de server de gecachete gedeelten in één keer uitserveren zonder nog berekeningen te uitvoeren. Dat scheelt enorm in laadtijd.

Caching kun je niet toepassen op alle elementen van je webshop. Het is vooral handig voor statische content zoals het logo, want het logo verandert niet vaak en staat wel op elke pagina in je webshop.

5. Je gebruikt langzame web hosting

Een webshop kan ook traag zijn vanwege de kwaliteit van de hostingomgeving waar je webshop op draait. Hardware wordt voortdurend beter en dus is het van belang om gebruik te maken van relatief nieuwe hardware.

Controleer ook bij je hostingprovider of de hardware gebruikmaakt van SSD-schijven, of de serversoftware regelmatig wordt geüpdatet en of HTTP/2 beschikbaar is. Als je webshop draait op Magento, dan kan de hostingomgeving helemaal een belangrijke rol spelen in de performance. Suzanne Snoeijink van onze hostingpartner Byte: “Magento steunt erg op de database en kan tergend traag worden als de hostingomgeving daar niet op aangepast is. De hostinginfrastructuur speelt een belangrijke rol in hoeveel tijd een databaseverzoek kost en hoe vlot en stabiel de vele geautomatiseerde processen die bij een webshop horen (bijvoorbeeld voorraadstatuschecks) lopen.”

Let wel: een langzame hostingomgeving maakt een webshop traag, maar een snelle hostingomgeving maakt een webshop niet per se snel. Suzanne Snoeijink: “Er is een grijs gedeelte tussen de applicatie en de hostingomgeving waar waarschijnlijk nog wel de meeste winst te halen valt. De quickwins die wij in de praktijk het meeste zien, zijn het verwijderen van extensies en modules die je niet meer gebruikt, het updaten van Magento- en PHP-versie, het activeren van caching en logcleaning, het blokkeren van ongewenste bots en crawlers, het overschakelen naar HTTP/2, het optimaliseren van afbeeldingen en het vermijden van IonCube-extensies (echte performance-vreters).” Deze en andere quickwins heeft Byte  uitgeschreven op hun website. De optimalisaties moet je laten uitbesteden aan je webshopbeheerder, maar een hostingprovider kan een flinke helpende hand zijn door het aanbieden van de juiste tooling en automatisering.

6. Onnodige redirects

Is een omweg ooit wel sneller? Nee, natuurlijk niet. Een redirect doet dit: een pagina laden, om de bezoeker door te sturen naar een volgende pagina te laden? Dit kost veel tijd! En toch heb je ze soms nodig om de 404’s - waar je bezoekers en Google niet van houden - te voorkomen. Het is dus belangrijk om de gemaakte redirects regelmatig even lang te lopen: zijn ze nog wel echt nodig of kun je inmiddels zonder?

Patty Bastiaansen is consultant conversie-optimalisatie bij ISM eCompany.