Twinkle | Digital Commerce

Het einde van Albert Heijn

2017-11-08
180101

Stenen fotozaken, boekenwinkels, cd-winkels, elektro- en modeketens … Allemaal opgevroten door e-commerce. Wie volgt? Ik zal het u zeggen: de supermarkten.



Deze zomer ‘deed’ ik een rondje Oostenrijk, Tsjechië en Duitsland. Bijna overal zijn daar de winkelketens uit de centra verbannen. De binnensteden zijn autovrije, gezellige straatjes. Met horeca, speciaalzaakjes en nichewinketjes. En heel af en toe een piepkleine buurtsuper. Winkelen doe je daar voor de gezelligheid. Boodschappen? Ga maar naar de rand van de stad. Zoals we dat in Frankrijk al lang gewend zijn.

Hoe anders is dat In Nederland. Rond elk dorpsplein schreeuwen AH, Aldi, Boni, C1000, Coop, Emté, Lidl enz. om aandacht. Claimen de mooiste plekjes als parkeerplaats, jagen de grondprijs omhoog en de leuke winkeltjes het faillissement in. En anders dan in het buitenland, stimuleren de meeste gemeenten dit met een rigide bestemmingsplan.

Afdeling handhaving
Ooit was het: eerst een terp, daarop de kerk en dan de boerderij. Nu is het: eerst een plein, dan de supermarkt en tenslotte wat huizen er omheen. En wee je gebeente als je het waagt om een detailhandeltje te beginnen waar wonen bedoeld was. Zelfs een webwinkel kan dat al een brief van de afdeling handhaving opleveren. Zogenaamd om oneerlijke concurrentie te voorkomen.

Ammehoela. Het is gewoon omdat er dan niks verdiend kan worden. Gemeenten immers, leven bij de gratie van grondverkoop en precariobelasting. En zo kan het voorkomen dat terwijl helft van de winkels leeg staat, een gemeente toch besluit om een nieuw winkelcentrum te laten bouwen. Zo kan het ook voorkomen dat gemeentes tijd steken in suffe braderie- en marktkramenverordeningen, in plaats van in een integraal detailhandels- en e-commercebeleid.

Facebook en Gemak
Dat er leegstand is, komt niet door de recessie. Sprookjes. Het is een combinatie van factoren. De recessie laat consumenten wel bewuster inkopen. Dat doe je op internet. Er is steeds meer te vinden (schoenen bijvoorbeeld). Ook de service wordt er steeds beter, vaak beter dan in een stenen winkel. Als we ons dan tevens realiseren dat de Nederlandse bevolkingspiramide vooral jongeren en ouderen kent, dus zeg maar de generaties Facebook en Gemak, dan is het duidelijk dat e-commerce het van steen gaat winnen.

Stenen winkeliers worden dus sneller het internet op geduwd dan ze van plan waren. Want het publiek blijft uit hun dure winkelstraatjes weg. Het publiek zit al op internet, en de winkeliers volgen dat publiek. Winkels komen leeg. Het is een vicieuze cirkel. Gemeenten zouden er dus goed aan doen om hun old school vestigingsbeleid te herzien. Detailhandel is al lang niet meer iets waarvoor per se een toonbank nodig is. Geef ondernemers de ruimte, dan ontstaat er nieuwe bedrijvigheid in plaats van leegstand. Een modelatelier in een winkelpand? Een winkel met internetverkoop in een bedrijfshal? So what?

Dé online business van de toekomst
Intussen heeft het publiek ontdekt dat je de gewone boodschappen ook online kunt bestellen. Nota bene bij ondernemers die nog nooit een supermarkt gerund hebben. Wie had dat gedacht, een paar jaar geleden. Maar het is echt waar: food is dé online business van de toekomst. Dit kan maar één ding betekenen: er komt een moment dat het publiek ook de stenen supermarkt links laat liggen. En daarmee het hele winkelcentrum.

Wat er onherroepelijk gaat gebeuren is dit: in het weekend kopen we ons eten aan de rand van de stad flink in (en bij de boer), en door de week laten we alle ‘verswaren’ thuis bezorgen. Ook weer door die boer, want: heeft een shop. Ik spreek regelmatig supermarktondernemers. De meesten geloven dit scenario niet. Of beter gezegd: willen het liever niet geloven. Net zoals de wit- en bruingoedzaken het eerder niet wilden geloven.

Slagveld
Maar als het wel realiteit wordt, zal dat voor de meeste supermarktketens funest zijn. Want net zoals dat bij andere branches is gebeurd, wordt de online versie van de supermarkt 2.0 gerund door nieuwkomers. Door starters, door Amazon en door buitenlandse succesnummers die hun shop in het Nederlands vertalen. Er staat ons dus een slagveld te wachten.

Voor wie dat het hardste aan zal komen? Voor AH. Die keten heeft in vergelijking met anderen merken de minste ‘vrije ondernemers’. Dus is AH het minst flexibel, AH zal het minst snel op kansen kunnen reageren. Ik zie dat dagelijks: waar een zelfstandige ondernemer van Coop of Plus al de halve regio (scholen, kantoren) met een bestelbusje belevert, staat de AH-manager nog steeds op toestemming van het hoofdkantoor te wachten. Een tweede nadeel voor AH is dat juist zij het meest hebben geïnvesteerd in steen. Daar kom je niet zo maar van af. Een AH op elke hoek, was het idee, met een vestigingsmanager in dienst van Zaandam. En zo kan plotseling een voorsprong een achterstand worden, of erger. Big is slow, in the future. En mogelijk het einde van Albert Heijn (as we know it).